375 gram zuurkool

 

1.5 eetlepels mosterd

 

100 milliliter zure room

 

300 gram gerookte spekblokjes

 

2 appels

 

50 gram blanke rozijnen

 

450 gram aardappel

 

kaneelpoeder (naar smaak toevoegen)

Verwarm de oven voor op 200ºC.

 

Meng de zuurkool met de mosterd en zure room. 

 

Bak de spekblokjes 3-4 minuten in een droge, hete koekenpan. Schep ze uit de pan en bewaar het bakvet.

 

Boor het klokhuis uit 1 appel met schil. Schil de overige appels en snijd ze in blokjes. 

 

Meng de appelblokjes, rozijnen en de spekjes door de zuurkool.

 

Schep het zuurkoolmengsel in de grote ovenschaal en verdeel daarover de aardappel. 

 

Snijd de geboorde appel in dunne plakken en leg deze in het midden van de zuurkool. 

 

Bestrooi met een beetje kaneel en schenk het spekvet over de appelplakken.

 

Bak de schotel in het midden van de oven in 30-45 minuten goudbruin.